Code rood

Het is 07:00 als de berichten me om de oren vliegen; “school is dicht”, “ik hoef niet naar mijn werk, het is code rood”, “pas op als je de deur wel uit gaat?, het is vragen om ellende”.

Ik overleg met mijn collega of ik wat thuiszorgcliënten uit de buurt moet helpen, in plaats van de collega die helemaal uit Delfzijl moet komen. Het is 08:00u. als ik de schuur in loop om mijn vertrouwde grijze metgezel op te zoeken. Inderdaad, het advies van de mannen van Ter Veer om m’n vriendje in de schuur te zetten, was niet onnodig; geen bevroren ruiten, fijn zo’n schuur en fijn, dat advies.

De grote schuurdeuren vergen enige handigheid en kracht om te worden geopend, en als ik ze dan ook eindelijk open heb, striemt me de wind in het gezicht. Deurzett’n denk ik bij mezelf, het is maar wind, en het is maar gewoon kou, we zijn ook niks meer gewend…

Als ik buiten sta, sluit ik de grote deuren en glibber ik terug naar m’n vriendje. Inmiddels opgewarmd en klaar voor de strijd.

Op het pad ben ik constant bezig met het recht houden van de auto, niet remmen, rustig rijden, niet teveel gas, geen paniek. Bij de bocht om het Tjariet knijp ik em even, 50 procent kans dat ik de plomp in glijd. Gelukkig doet de auto wat ik wil en rijd ik rustig het dorp in.

Weinig verkeer onderweg, en even denk ik dat het allemaal wel meevalt. Oortje in, en de agenda even doornemen met de collega. Heel relaxed allemaal, tot ik tussen alle proeksel een laag ijs tegenkom, en mijn collega een piep in haar oor krijgt vanwege mijn gegil in de auto. Ben dan toch blij met m’n beide handen aan het stuur.

Aangekomen in Wagenborgen blijkt dat er een collega niet kon komen vanwege de gladheid. Een collega uit het dorp heeft de dienst overgenomen, en aangeboden hetzelfde te doen als de nachtdienst uitvalt. De thuiszorg regelt onderling ook zelf oplossingen. Soms wordt de zorg door de cliënt zelf afgezegd, soms kan deze worden overgenomen door mantelzorgers of een ander collega, meer in de buurt. Vrijwilligers in Menterne komen, en geven me tips over nylons en sokken over schoenen om niet uit te glijden. Een bewoonster, die zelf genoeg aan haar hoofd heeft, sinds het bericht, dat het gebouw zal gaan sluiten, drukt me op het hart dat ik niet te laat naar huis moet gaan, omdat het weer zo glad zal gaan worden, en als collegae onderling informeren we elkaar als we veilig thuis zijn aangekomen. Het geeft een zekere saamhorigheid, zo’n code rood, misschien wel een vooropgezet plan, in het kader van de participatiesamenleving.

Terwijl de rest van Nederland thuis blijft, staat de zorg voor zijn/haar cliënt. Door weer en wind gaan ze naar de zorglocatie, naar de thuiszorgcliënt, het ziekenhuis, rijden ze gewoon in de ambu en zijn ze op de praktijk aanwezig om zorg te verlenen. Dit doen ze, omdat ze beseffen dat niemand anders het zal doen. Een positie die maakt dat de zorg kwetsbaar is, als het gaat om assertiviteit en protest in roerige tijden.

Vandaag wederom code rood, en ik ben weer zo eigenwijs om in mijn grijze vriendje te stappen. Afgezien van een bijna rendez vous met de postbak, ging het de eerst keer goed. We, ik en mijn vriendje hebben immers wel voor hetere vuren gestaan. De tweede keer gleden we bijna het talud van de sloot in, en heb ik de handdoek in de ring gegooid. Soms moet je je overgeven aan de situatie inplaats van je ertegen te verzetten.

Voorzichtig allemaal en geniet van de mooie momenten die de code rood met zich meebrengt!

Dorpsagenda